Column Tim Bloemendaal: "Dankbaarheid"

“Deze column zal anders zijn dan de meesten wellicht gewend zijn. In eerste instantie bleef het velletje papier een lange tijd leeg. Ik heb echt een serieuze tijd moeten nadenken welk(e) onderwerp(en) ik wilde bespreken in deze column. Gaan we het dan toch over een mogelijk kampioenschap / derde periodetitel hebben? We raken er (logischerwijs) niet over uitgepraat. Zeker niet nu we van de laatste 8 wedstrijden er 7 gewonnen hebben. Kortom: nog steeds zien wij als groep kansen genoeg. Alleen, ik kreeg het gevoel na mijn twee eerdere columns in september en december, dat ik in herhaling zou vallen wanneer ik die onderwerpen aan de kaak zou stellen. Dat was niet mijn intentie van het schrijven van deze columns. Ik wilde iets anders. Een vanzelfsprekendheid binnen het leven benoemen, om aan te tonen dat niks in het leven vanzelfsprekend is. Ik neem je graag mee in mijn verhaal.

Ik zit in de trein op weg naar mijn stage, en ik weet eindelijk wat ik op papier wil zetten. In de loop van de week wordt er zeer triest nieuws over de veertienvoudig Italiaans international en aanvoerder van Fiorentina bekend gemaakt. Davide Astori, een alom geprezen sportman in Italië, is komen te overlijden. Een 31-jarige topsporter die al jaren actief was op het hoogste niveau van Italië. Een persoon die op veel verschillende gebieden rijkdom kende. Financieel, sportief gezien en de daarbij behorende gezonde levensstijl. Dat was de druppel voor mij, om een column op gevoel te gaan schrijven. Daar komt bij dat ik na afloop van Tottenham – Juventus het interview zag met Giorgio Chiellini van Juventus. Een ongelofelijk gepassioneerde voetballer en tevens vriend van Astori. In zijn woorden zag je bepaalde dingen terug, namelijk: dankbaarheid en ongeloof.

Op dit soort momenten besef ik dat alledaagse dingen zeker geen vanzelfsprekendheid zijn. Hiermee bedoel ik: ’s ochtends vertrek ik op tijd naar mijn stage-opdrachtgever. Daar voer ik de benodigde werkzaamheden uit en besteed ik tijd aan mijn onderzoeksopdracht voor mijn studie. Om 16.30 / 17.00 uur ga ik naar huis, waar het eten vaak al op tafel staat. Daarna tas pakken en door naar de club. Zo gaat het eigenlijk altijd. En dat is heel normaal, toch? Een wedstrijd spelen voor Quick Boys 1 is niet vanzelfsprekend. Het is iedere wedstrijd weer genieten. Naast de winnaarsmentaliteit probeer ik ook echt te genieten van de wedstrijden. Veel publiek, goede tegenstanders en doen wat ik het liefste doe: voetballen bij Quick Boys.

Wellicht is mijn beeld onjuist. En begrijp mij niet verkeerd: dit is hoe ik het beleef, en zoals ik het om mij heen zie gebeuren. Tegelijkertijd komt ook regelmatig het realisme naar boven, dat dit allemaal niet vanzelfsprekend is. Dus laten we dankbaar zijn voor het feit dat de meeste van ons elke ochtend (zelfstandig) op kunnen staan, ongeacht tegen welke mogelijke problemen we gedurende de dag aanlopen. Dankbaar zijn dat het bij de meesten van ons thuis goed geregeld is, zodra je het huis binnenstapt. En als ik voor de spelers spreek: dankbaar zijn dat je mag trainen bij de grootste amateurclub van Nederland en uiteindelijk op zaterdag je naam bij de eerste 11 ziet staan. We leven in een bevoorrechte positie, waar (te) weinig besef van is. Want laten we eerlijk naar elkaar zijn, voor een grote groep is dit allemaal een vanzelfsprekendheid, maar voor een groot aantal mensen in de wereld ook zeker niet.

Dit was mijn laatste column voor dit seizoen. Ik hoop dat jullie alle drie de columns inhoudelijk interessant vonden. De komende 11 wedstrijden zullen stuk voor stuk van cruciaal belang zijn om te laten zien wat wij als team, staf en supporters willen. Laten we er een mooi slot van het seizoen van maken, met in het achterhoofd het besef van onze bevoorrechte positie.”

Ik zie jullie zaterdag weer bij de thuiswedstrijd tegen Odin’59!

Tim Bloemendaal

 

Geef een antwoord